Militaire oorlogsgraven
Zowat de helft van alle militaire oorlogsdoden heeft een laatste rustplaats op een van de 21 militaire begraafplaatsen of 80 militaire ereperken op gemeentelijke begraafplaatsen. Het beheer ervan werd in 1928 overgedragen aan Binnenlandse Zaken en in 2004 terug overgenomen door Defensie. Sindsdien was een uitgebreid programma in uitvoering om alle graven te restaureren op de 21 militaire begraafplaatsen.
Dat werd eind oktober 2013 afgerond. Het groenonderhoud is uitbesteed aan burgerfirma’s en de dichtst bij gelegen militaire kwartieren houden er toezicht op, samen met de dienst Oorlogsgraven van het Instituut voor Veteranen-NIOOO. Tegen de zomer van 2014 komt op elk van de 21 begraafplaatsen een infobord met grondplan en korte geschiedenis. Het beheer van de militaire ereperken is door Defensie uitbesteed aan de lokale besturen, waarvoor een vergoeding betaald wordt.
Defensie is ook in eerste lijn verantwoordelijk voor de stoffelijke resten van de talrijke gesneuvelden die nog elk jaar in de frontstreek gevonden worden. Van zo’n twintig procent kan de nationaliteit niet meer achterhaald worden. Die zijn dus niet meer aan het betreffende land over te dragen. Daarom komt er voor hen tegen augustus 2014 een crypte op de Belgische militaire begraafplaats van Houthulst, waar ze bijgezet zullen worden. Erboven komt een nieuw onthaalpaviljoen.
Contact: